Een tentoonstelling die toont hoe beelden van mensen van kleur zijn geconstrueerd, gedeconstrueerd en gereconstrueerd in de loop der tijd
Met een concentratie op de periode tussen de Franse Revolutie tot het begin van de twintigste eeuw, toont de tentoonstelling Black Models: From Géricault to Matisse in het Musée d'Orsay hoe beelden van mensen van kleur zijn geconstrueerd, gedeconstrueerd en gereconstrueerd in de loop van de tijd.
In de afgelopen dertig jaar is de representatie van zwarte mensen in de geschiedenis van de kunst aan beide zijden van de Atlantische Oceaan op grote schaal onderzocht en is black studies als onderzoeksgebied gegroeid. Een aanzienlijk deel van dit onderzoek wil laten zien hoe de wereld van de beelden een rol heeft gespeeld in het historische proces waarin de handel in zwarte slaven werd geïntroduceerd, een geleidelijke afschaffing van de slavernij plaatsvond en, ten slotte, een zwarte identiteit zich langzaam ophief. Tot nu toe heeft geen enkele tentoonstelling ooit geprobeerd om dit eeuwenoude beschavingsverschijnsel te onderzoeken aan de hand van de overvloed aan beelden die het heeft voortgebracht in alle verschillende vormen van expressie. Met een concentratie op de periode tussen de Franse Revolutie tot het begin van de twintigste eeuw, toont de tentoonstelling Black Models: From Géricault to Matisse hoe beelden van mensen van kleur zijn geconstrueerd, gedeconstrueerd en gereconstrueerd in de loop van de tijd.
Deze tentoonstelling bij het Musée d’Orsay, georganiseerd in samenwerking met de Wallach Art Gallery in New York, bekijkt de veranderingen invloed hadden op de verbeelding van zwarte mensen die in Parijs woonden, waar sommigen als model voor kunstenaars werkten en een sleutelrol speelden in de ontwikkeling van moderne kunst. De tentoonstelling belicht de meest onthullende werken van Girodet, Benoist, Guillon-Lethière, Géricault, Delacroix, Chassériau, Cordier, Carpeaux, Manet, Bazille, Gauguin, Cézanne en Matisse; het bevat fotografie, met Nadar en Carjat; en werpt vooral licht op creaties van zwarte kunstenaars: figuren uit de Harlem Renaissance zoals Charles Alston en William H. Johnson, en uit de naoorlogse generatie tot op de dag van vandaag, waaronder Romare Bearden, Ellen Gallagher en Aimé Mpane. De nadruk ligt vooral op de verhouding tussen de kunstenaar die zijn onderwerp schildert, beeldhouwt, graveert of fotografeert, en hun model. Door middel van een interdisciplinaire benadering van de geschiedenis van de kunst, de geschiedenis van ideeën en de antropologie, behandelt de tentoonstelling esthetische, politieke en sociale kwesties, evenals de verbeelding inherent aan het uitbeelden van zwarte mensen in de beeldende kunst. Zonder het verhaal te verbreken, neemt de tentoonstelling de bezoeker mee door drie historische aandachtspunten: de periode van de afschaffing van de slavernij (1794-1848), de periode van New Painting (Manet, Bazille, Degas, Cézanne) en de periode van de eerste avant-garde kunstenaars van de twintigste eeuw. Speciale aandacht gaat uit naar Olympia en haar avatars, evenals Matisse’s ontdekking van Harlem en de fascinatie voor de Creoolse cultuur, als antwoord op Les Fleurs du mal van Baudelaire (‘ The Flowers of Evil ‘), een boek dat Matisse onder de Duitse bezetting illustreerde.
Madeleine, Joseph, Aspasie, Laure, Carmen Lahens en Aïcha Goblet waren de namen van enkelen van de vele zwarte of mixed race mannen en vrouwen die het pad kruisten van kunstenaars, schilders, beeldhouwers en fotografen. Maar wie waren zij? Wie waren deze figuren die vaak worden vergeten in het grote verhaal van de avant-gardisten? Lange tijd was alleen een voornaam of roepnaam genoeg om ernaar te verwijzen. Maar deze studiomodellen namen geleidelijk meer actieve rollen aan in de Parijse kunstwereld, evenals zwarte persoonlijkheden in de podiumkunsten. Van onbekendheid tot bekendheid, geen enkele andere tentoonstelling heeft dit hele proces ooit verteld, wat toch centraal staat in de kunst.
Meer informatie
De tentoonstelling Black Models: From Géricault to Matisse is georganiseerd door het Musée d’Orsay, thet Musée de l’Orangerie en de Miriam en Ira D. Wallach Art Gallery van de University of Columbia, New York, naast het Mémorial ACTe herrineringscentrum in Pointe-à-Pitre, met bijzondere steun van de nationale bibliotheek van Frankrijk Bibliothèque nationale de France. De tentoonstelling is van 26 maart tot en met 21 juli 2019 te zien bij Musée d’Orsay in Parijs. Kijk hier voor meer informatie over de tentoonstelling.